Ontslagen worden is natuurlijk heel vervelend, maar gelukkig heb je in veel gevallen recht op een transitievergoeding. Ook als je een tijdelijk contract hebt dat niet verlengd wordt. Je kunt deze vergoeding inzetten om een opleiding of training te volgen en zo de kans te vergroten dat je (sneller) een nieuwe baan vindt.
Vanuit de Wet werk en zekerheid (WWZ) wordt er een transitievergoeding geboden wanneer een dienstverband beëindigd wordt door de werkgever. Hierbij gaat het om een onvrijwillig ontslag via UWV of een kantonrechter. De transitievergoeding kun je onder andere besteden aan scholing, zodat je makkelijker de overstap kunt maken naar een andere baan.
Je hebt recht op de transitievergoeding als:
Het recht op de vergoeding bij ontslag geldt vanaf je eerste werkdag, dus ook als je al ontslagen wordt in je proeftijd. Wel zijn er uitzonderingen. Bijvoorbeeld als je ontslagen bent omdat je de AOW-leeftijd bereikt hebt, je zelf ernstig verwijtbaar gehandeld hebt/nalatend bent geweest, of als je werkgever failliet is. Een overzicht van alle uitzonderingen en regels rondom de transitievergoeding vind je op de site van de Rijksoverheid.
Welk bedrag je precies ontvangt, is afhankelijk van je maandsalaris en hoelang je in dienst bent geweest. Je ontvangt een derde van je maandsalaris per jaar dat je in dienst was voor de eerste 10 jaar van je dienstverband. Bij een langer dienstverband ontvang je voor de rest van de jaren een half maandsalaris per jaar. De maximale hoogte van de transitievergoeding is in 2021 € 84.000,- bruto. Is jouw brutojaarsalaris hoger dan dat? Dan ontvang je eenmaal je jaarsalaris.
Heb je tijdelijk niet of minder gewerkt door ziekte? Dan heeft dat geen effect op de hoogte van je transitievergoeding, omdat je arbeidsduur en brutomaandsalaris gelijk zijn gebleven.