Sinds de invoering van het BBV in 2004 zijn er diverse ontwikkelingen geweest die voor het VNG-bestuur reden waren om een adviescommissie (commissie Depla) in te stellen om voorstellen te doen voor vernieuwing van het BBV. De aanbevelingen van de commissie hebben ertoe geleid dat de meeste wijzigingen met ingang van begrotingsjaar 2017 al zullen worden ingevoerd.
De aanbevelingen volgen op de conclusie van de commissie dat de huidige documenten (begroting en jaarrekening) te weinig transparant zijn en de raad belemmeren in het voeren van de juiste discussie. Het versterken van de kaderstellende en controlerende rol van de gemeenteraad is dan ook de basis van de vernieuwing. Volgens de commissie moet de begroting geen privilege zijn van de financieel deskundigen.
Dat de meerderheid van de wijzigingen in 2017 al van kracht wordt, betekent dat gemeenten nu snel hun administratieve organisatie op orde moeten krijgen. De wijzigingen raken veel actoren in de organisatie, van raad (hoog) tot budgetbeheerder op het laagste niveau. Het gaat niet alleen om geld, maar vooral om de zaken achter het geld. Een transparante en op de raad gerichte planning- en controlcyclus kan daar een uitstekende rol in spelen. Hierin is een voortrekkersrol weggelegd voor de controller en de financiële beleidsmedewerkers. Er zijn dus veel veranderingen in de financiële administratie, die niet zonder de hulp en support van het management gerealiseerd kunnen worden. De zorg voor een goede en adequate informatievoorziening op sturingsniveau naar directie, college en raad is het hoofddoel. Dankzij de vernieuwing is het mogelijk om efficiënter te werken. Vergelijkbaarheid en vereenvoudiging zijn de sleutelwoorden.
Op deze manier kan de vernieuwing van het BBV goed worden geïmplementeerd. Zo kunnen zaken die niet (meer) werken vanuit de allereerste opzet van het BBV in nieuwe documenten en werkzaamheden beter tot hun recht komen.